'De groene mijl’: de grenzen tussen boek en film zijn flinterdun
'De groene mijl’: de grenzen tussen boek en film zijn flinterdun
jeugdboek 1
Laten we als inleiding eens starten met de trailer van een film. Misschien ken je (of ken je juist niet) de film, maar goed nieuws: ik heb het boek gelezen! Ik dacht om eens iets anders te doen dan ik normaal doe na het lezen, namelijk het bespreken van het boek en de film. Natuurlijk is het logischer dat het boek beter is dan de film, dat is hier ook het geval, maar de grenzen zijn hier best dun. Ik zal je er meer over vertellen … hier gaan we dan!
Stephen King |
Een lange, maar toch beknopte boekinhoud
Voor wie het boek of de film nooit gelezen of gezien heeft,
zal ik kort uitleggen waarover het gaat. Paul Edgecomb (in de film gespeeld
door Tom Hanks) was een gevangenisbewaker van celblok E in de jaren dertig waar
terdoodveroordeelden hun laatste maanden doorbrengen vooraleer ze op de
elektrische stoel (‘Old Sparky’) belanden. Samen met zijn collega’s, ‘Brute’,
Dean Stanton, Harry Terwilliger en eikeltje Percy Wetmore, leeft Edgecomb voor
een groot deel van de dag samen met deze gevangenen. Arlen Bitterbuck, een man
van indiaanse afkomst, vermoordde een man tijdens een caféruzie en zal de
eerste zijn die geëlektrocuteerd wordt in het boek. De Fransman, Eduard
Delacroix oftewel ‘de Cajun’ genoemd, is een moordenaar, verkrachter en
brandstichter. Om zijn sporen uit te wissen, stak hij het bewijsmateriaal in
brand, maar de vlammen sprongen ongecontroleerd over doorheen een
appartementencomplex waarbij zes andere mensen om het leven kwamen. Ook hij
krijgt de doodstraf. Voordat Bitterbuck geëxecuteerd wordt, verschijnt er een
nieuwe, opmerkelijke gevangene op de ‘groene mijl’, de vloer en dodengang naar
Old Sparky zijn bekleed met groene linoleum, genaamd John Coffer. Of zoals hij
het zou zeggen: John Coffey, hetzelfde als koffie maar dan anders geschreven.
Deze torenhoge, zwarte man blijkt niet zo snugger te zijn, maar er hangt een
mystieke rook rond hem. Paul Edgecomb kan niet geloven dat zo’n persoon
dergelijke gruweldaden heeft gepleegd.
Het gewone gangetje op de mijl gaat dag in dag uit door:
John Coffey is stil en ligt op zijn bedsprei, Delacroix is de typische Fransoos
met een muis (Mr. Jingels) die belaagd worden door de irritante Percy Wetmore
(Hij is het neefje van de gouverneur.) en de bewakers … zij blijven bewaken en
proberen de tijd te doden. Na de executie van Bitterbuck komt er een nieuwe
logé ‘op de mijl’, namelijk William Wharton, bijgenaamd ‘Wild Bill’ omdat hij
enerzijds zo wild en anderzijds zijn tatoeage van Billy The Kid. Het is een
negentienjarige psychopaat, die tijdens een overval meerdere mensen vermoordde
waaronder een zwangere vrouw. Tijdens zijn uitlevering acteerde hij alsof hij
was platgespoten met het sterkte kalmeringsmiddel, maar wanneer hij zijn kans
zag, greep hij met zijn boeien de nek van Dean Stanton. Tijdens zijn moorddaad
joelde hij als een gek. Gelukkig konden de bewakers hem overmeesteren; Brute
klopte hem neer toen Percy bevroor van angst. Dit is maar één van de vele
‘straffe toeren’ van Wild Bill.
filmfragment uit 'The Green Mile' |
Het boek ‘De groene mijl’ is naar mijn mening eerder geschikt voor leerlingen van een derde graad secundair onderwijs. Het is niet enkel het thema van terdoodveroordeelden, maar ook de woordenschat, de intriges in de gevangenis en daarbuiten én de uitvoerig gedetailleerde beschrijvingen van de misdaden en de executies die ervoor zorgen dat het boek eerder bestemd is voor iets oudere leerlingen.
In deze klepper van bijna vierhonderd pagina’s, kom je via
flashbacks van Edgecomb te weten hoe het was om te vertoeven in een dodencel
als gevangene en als bewaker. Stephen King kan zowel het pure kwaad als de ware
emoties van gevangenen krachtig beschrijven, waardoor je (on)bewust medelijden
krijgt met Delacroix en zijn onfortuinlijk lot. Het was zeker zijn verdiende
loon om te sterven na wat hij gedaan heeft, maar toch blijft er een grijze zone
hangen rond zijn personage. Bij Percy Wetmore is dit ook het geval; het is en
blijft een eikel, maar heeft hij dát verdiend? Misschien wel, misschien zelfs
nog meer dan ‘de Cajun’. Dit maakt ‘De groene mijl’, naar mijn mening, al zeer
speciaal; het speelt met je emoties én rechtvaardigheidsgevoel.
Verder ben ik zeer tevreden dat er in een boek altijd meer details en gebeurtenissen beschreven staan dan dat er in de film getoond wordt. Enkele jaren geleden heb ik de film voor de eerste keer gezien (hij staat in mijn top tien), maar wat ben ik blij dat ik nu ook de achtergrond- en vervolgverhalen van enkele personages heb leren kennen. Zo kwam ik nu pas te weten wat de redenen van Delacroix en Bitterbuck waren om ‘op de groene mijl’ te verblijven en wat er later zal gebeuren met Dean Stanton, Percy Wetmore en de vrouw van Paul Edgecomb. Ja, dat was pas een schok. Als je weet wat er met haar gebeurde … Toch wil ik graag applaudisseren voor Frank Darabont, regisseur en scenarist van de film, voor zijn uitmuntende werk om zo trouw te blijven aan het originele verhaal. Tijdens het lezen van het boek dansten de filmbeelden door mijn hoofd. Zelfs de dialogen en diens gekoppelde handelingen waren stuk voor stuk hetzelfde. Geweldig! Dit alles maakt de grenzen tussen boek en film zo flinterdun. Ik merk dat ik nog enkele alinea’s kan schrijven over mijn appreciaties omtrent het boek en de film en de gelijkenissen en verschillen tussen deze exemplaren, maar ik zal me inhouden.
Max verslond het boek letterlijk en figuurlijk. |
Mijn laatste appreciaties en ideeën
Nu zijn we dan (ja écht waar) op het einde van deze blog.
Het is de eerste keer, sinds ik zelf op de middelbare school zat, dat ik een
boek en diens verfilming heb besproken. Ik raad het oprecht aan om zelf te
doen. Wie weet kan je dat met z’n tweeën of met meerdere mensen doen en
hierover discussiëren. Buiten de authenticiteit van boek naar film kan de
casting een boekverfilming maken of kraken. Ja, ik heb de film vroeger al
gezien, maar ik kan me geen betere Paul Edgecomb, Eduard Delacroix, Percy
Wetmore en zelfs een geval als Wild Bill bedenken. Ook daarover kan je in
gesprek gaan, net zoals de visuele effecten (het lichtgebruik, de
elektrocutiescènes vergelijken met de details uit het boek, de ‘zwarte
vliegjes’ uit de mond van John Coffey, …).
Zo’n vergelijking tussen boek en film kan je zowel als
schrijf- of spreekopdracht meegeven. Een combinatie is ook mogelijk. Je kan de
leerlingen een verslag, recensie, blog, … laten maken omtrent de verhaal- en
filmkenmerken en in de tussentijd bespreek en bediscussieer je stapsgewijs de
boekdelen, de portrettering van boek- en filmscènes en personages, enzovoort.
De bedoeling is om de spreek-, luister- en gespreksvaardigheden vooral te
oefenen in zulke besprekingen. Bekijk het als een ‘lees- en kijkclub’. Nadien
kan je er korte verwervings- en/of verwerkingsopdrachten aan koppelen. Nu pas
komt het in me op dat we in het derde middelbaar het boek ‘De jongen in de
gestreepte pyjama’ en diens film hebben besproken in de lessen Nederlands. Ik
zou het dan wel liever interactiever en uitgebreider willen aanpakken dan de
leerkracht het toen deed. Dat hangt natuurlijk af van het aantal lesuren, de
klasgroep en leeftijd én de tijd.
Ik kan ‘De groene mijl’ alleen maar aanraden. Lees en ervaar
het. Onderaan de cover staat: ‘Hij geloofde niet in wonderen. Tot hij er eentje
tegenkwam’. Wel, dit boek is een wonder en ik kwam het gelukkig tegen.
Bronnen:
King, S. (2019). De groene mijl (H. Kuipers & N.
Kuipers, Vert.). Luitingh Sijthoff. (Oorspronkelijk gepubliceerd 1996)
Warner Bros. Entertainment. (2022, 9 februari). The Green
Mile | 4K Trailer | Warner Bros. Entertainment [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=Bg7epsq0OIQ
Reacties
Het is meteen duidelijk dat je echt genoten hebt van zowel het boek als de film. Je enthousiasme spat ervan af, en dat maakt het superleuk om te lezen! Ik krijg meteen zin om De groene mijl zelf te gaan lezen of nog een keer de film te kijken.
Het is ook tof hoe je beschrijft dat de grens tussen boek en film zo dun is. Vaak hoor je dat boeken veel beter zijn dan hun verfilmingen, maar hier lijkt het alsof de film echt eer doet aan het verhaal. Het stukje waarin je vertelt hoe de beelden uit de film door je hoofd dansten tijdens het lezen, herken ik wel van andere boekverfilmingen. Dat maakt het verhaal op papier soms nóg levendiger.
Ook fijn dat je meteen suggesties doet voor hoe je dit soort vergelijkingen in de les kunt toepassen. Een ‘lees- en kijkclub’ klinkt als een creatieve manier om leerlingen aan het denken te zetten over verhaalstructuur en personages.
Bedankt voor je inspirerende blog!
Groetjes,
Chiara